vrijdag 4 juni 2010

Wecken

Hoewel ik het van de week razend druk had met allerlei afspraken buiten de deur heb ik toch nog tijd gevonden om wat bospeen, bieten en groentenbouillon te wecken. Sommige mensen denken dat wecken betekent, dat je een hele dag kilo's groenten staat te wassen en te snijden en dat er vervolgens urenlang stoomwolken uit de keuken komen vanwege een grote, dampende weckketel. Maar dat is een vertekend beeld. Wecken kan ook best gedoseerd en gefaseerd.
Maandagochtend heb ik in een grote pan de bieten gekookt. Ik liet ze afkoelen en heb ze in de koelkast gezet.
Dinsdag was een dag die overvol was met andere bezigheden. De bieten bleven staan waar ze stonden.
Woensdag vond ik tijd om verder te gaan. Ik maakte van allerlei resten (één grote prei, wat wortels, uien, peterselie en bloemkool) en wat zout en kruiden een grote pan groentenbouillon. Intussen liet ik m'n schrapmachientje steeds met een portie gewassen en in stukken gesneden bospeen draaien, totdat de hele emmer peen geschrapt was. Daarna besloot ik om maar meteen met de bieten verder te gaan. Ik pelde de bieten en sneed ze in mooie, fijne plakken.
's Middags bracht ik in een grote pan de bospeen aan de kook en liet ze vijf minuten koken. Alles stond nu klaar om de weckketel in te gaan.
's Avonds na de vaat maakte ik de benodigde weckpotten steriel, kookte de rubberen ringen uit en maakte een zoet-zuur oplossing van 1 liter inmaakazijn en 300 gram suiker. Daarna deed ik de bieten in de potten en overgoot ze met het zoet-zuur. De worteltjes gingen in de potten en werden overgoten water en wat zout. Tenslotte goot ik ook de gezeefde groentenbouillon in de potten.
Ik deed alle potten in de weckketel, de bospeen onderop, want die moest er het langst in. De bieten en de bouillon heb ik in 30 minuten op 100 graden geweckt, de worteltje in 90 minuten.
De volgende morgen heb ik alle weckspulletje opgeruimd.
Zo kun je dus ook wecken :-).



Vandaag heb ik nog even in de tuin gewerkt. Ik had er de hele week nog geen tijd voor gehad en dat was te zien. Wat een onkruid. Ik heb de tuin nog niet helemaal schoon gekregen. Wellicht gaat dat morgen lukken. Wel heb ik nog wat zaaigoed uitgepoot. Dat stond nog steeds in de vensterbank. Nu heb ik niets meer staan en alles heeft een mooi plaatsje in de tuin gevonden. Ik heb voor het eerst tomaten gezaaid. Ik heb een soort die niet zo heel groot wordt. Volgens de verpakking worden de planten 45 cm groot. Ik heb er een paar in de tuin gezet, maar de meeste in potten en bakken. Ik ben benieuwd of het wat wordt. Voor nu ziet het er wel gezellig uit. Het verbaast me hoeveel je toch nog met een kleine tuin aan eetbaars kunt doen. Behalve de tomatenplanten heb ik hangaardbeien, twee frambozenstruiken, veel citroenmelisse, een bos munt, een bos oregano, komkommerkruid en oostindische kers. Verder staat het gezellig vol met bloemen. Ik heb nog nooit zó van m'n tuintje genoten als dit jaar.