dinsdag 31 augustus 2010

Zuurdesembrood in de herhaling

Vanwege de vragen over zuurdesembrood en het maken van een starter zet ik hier nog even wat dingetjes op een rijtje. Eerst de vraag waarom zuurdesembrood gezonder zou zijn dan gistbrood. Het antwoord kwam ik tegen bij Speltwinkel. Aanvullende informatie kreeg ik van Toor in mijn mailbox. Zij schrijft: Er zitten minder phytaten in desembrood dan in gistbrood. Phytaten belemmeren de opname van mineralen. Er schijnt bij veel mensen een zinktekort te zijn. Hoe sneller het brood rijst (en het is in verhouding tot vroeger veel sneller geworden, door toevoegingen) hoe meer phytaten erin zitten. Een ander voordeel van desembrood zijn de melkzuurbacteriën die erin zitten. Ze zitten in veel gefermenteerde producten. Dit zijn goede bacteriën en ze zorgen voor een goede darmwerking. Desembrood is licht verteerbaar. En vooral, het is echt brood, heerlijk. Je moet goed kauwen en daardoor eet je langzamer. Dit heeft ook een goed effect op de opname van voedingsstoffen.

Om zuurdesembrood te maken moet je beetje zuurdesem hebben. Dat noem je de starter. Die starter kun je gewoon zelf maken. Als je eenmaal een goede starter hebt, dan kan die een mensenleven lang (en langer) meegaan. Er is van culturen bekend, dat een starter van generatie op generatie wordt doorgegeven.
Ik heb mijn starter gemaakt volgens de aanwijzingen die Toor geeft in haar boek "Eenvoudig gelukkig". Ik heb haar toestemming om het hier te vermelden:
In een glazen pot 1 kop magere- of halfvolle warme melk doen en daar twee eetlepels biogarde of magere yoghurt door roeren. Deksel op de pot doen en twee dagen laten staan op een warme plaats. Dan 1 grote kop volkoren meel erbij, het geheel moet dik vloeibaar zijn. Als het te dik is doet u wat water erbij. Goed roeren. Drie dagen laten staan tot u bubbeltjes ziet. Nu is de basis klaar. Echt de basis, want op den duur wordt het zuurdesem steeds beter.
Tot zover Toor.

Hoe maak ik het brood:
Ik neem 500 gram meel en 250 gram bloem (alleen meel kan ook) en doe er 1 eetlepel zout, 3 eetlepels starter en een scheutje olie en 450 ml. water bij. Ik doe alles in mijn broodbakmachine en stel die in op 'kneden'. Als het deeg gekneed is haal ik het eruit en laat het een uurtje rijzen. Daarna sla ik het deeg door, vorm het tot een bal, laat het even rusten, vorm het tot een rol en leg die in een ingevet broodbakblik. Daarna laat ik het deeg rijzen totdat ik het duidelijk boven de vorm uit zie bollen. De eerste keer duurde dat wel 24 uur. Als de starter krachtiger zal zijn, zal ook die rijstijd wel een stuk korter worden. Maar in elk geval zal het (veel) langer zijn dat bij gistbrood. Het is gewoon een geduldkwestie die hele desembroodbakkerij!Ik bak het brood in ongeveer 35 minuten in de heteluchtoven (200 graden).

De starter houd je goed door hem iedere dag een paar keer door te roeren en er regelmatig wat meel en water bij te doen. De substantie moet dik vloeibaar zijn.

Wat fijn dat het vandaag wat beter weer was. Ik heb de wassen buiten kunnen drogen, hoewel ik ze tussen de middag wel een keer moest afhalen vanwege een iets te enthousiaste bui.

Er groeit hier en daar nog iets eetbaars in m'n tuintje. De doordragende aardbeiplant draagt écht door en de cherrytomaat blijft ook maar tomaatjes voortbrengen. En een paar tomaten leken vandaag zowaar een beetje kleur te krijgen. Leuk!






Ik heb vandaag de dieren verzorgd. Het wordt een hele ménagerie zo langzamerhand. Eerst heb ik de kippen een schoon hok gegeven met lekker veel houtsnippers, waar ze zich helemaal in graven.
Daarna was de kanarie aan de beurt. Die is in de rui. Wat een veren!
En vervolgens stonden er nog 3 guppenbakken. Eén met grote, één met kleinere en één met echte jonkies. Wie o wie maak ik nu eens blij met een paar guppen??? Ik kan het niet over m'n hart verkrijgen ze door het toilet te spoelen, zoals me al door die en gene werd 'geadviseerd'. Maar het jongt maar door! Maaike gaf vanmiddag de cavia's een schoon hok. Dinsdag - dierendag :-).

Op verzoek van Hans ben ik aan het appelstroop koken. Dat is nu wel leuk met zoveel appels op voorraad. Ik heb er wel andere (rijpe) appels bij gebruikt, want met alleen de verse appels wordt de stroop veel te zuur. Appelstroop maken is niet moeilijk. Het duurt alleen heeeeeel lang en je moet echt een overschot aan appels hebben, want er gaan heel wat appels in één potje stroop! Je moet de appels eerst ontsappen. Ik doe dat in mijn Weck-ontsapper (lang leve de ontsapper!). De sap zeef je door een doek en daarna laat je het uren zachtjes inkoken tot je stroop hebt. Dat inkoken doe ik op een oliestelletje. Het staat op de kast in de kamer, zodat ik telkens even kan roeren.





Ik heb tussen de bedrijven door nog even aan m'n borduurwerk gewerkt. Ik wil proberen er iedere dag iets aan te doen. Dan komt het ooit ook eens af ;-).



Vanavond aten we heerlijk lasagne. Ik had vorige week courgettes gekregen en daar had ik al een flinke pan soep van gemaakt. Met wat er nog over wat (één joekel) heb ik een lekkere lasagnesaus gemaakt. Ik had twee grote ovenschalen vol, maar ik kreeg moppers dat het veel te weinig was :-).